Elektronische Hydraulische Datatransportbesturingklep, Hydraulische Proefcontroleklep Z4WEH/Z4WH10. L4X

4/2 en 4/3 klep-type Z4WEH/Z4WH10 van manierisolator. L4X
Eigenschappen:
– Richtingspoelklep, in werking gesteld proef
– 2 soorten aandrijving:
Elektrohydraulisch (type WEH)
Hydraulisch (type WH)
– Functies zoals; het isoleren/free-flow klep of als het isoleren/free-flow kortsluitingklep
– P en T hebben free-flow in alle geschakelde posities
– Porting patroon aan ISO4401-05-04-0-05
– Nat-speld gelijkstroom of AC facultatieve voltagesolenoïden,
– Hand facultatieve opheffing,
 
Functie en configuratie
De kleppen van type Z4WEH zijn richtingspoelkleppen met elektrohydraulische aandrijving. Zij controleren het begin en het einde van een stroom.
Deze richtingkleppen bestaan fundamenteel uit huisvesting (1), hoofdcontrolespoel (2), de één of twee terugkeerlentes (3,1 en 3,2), en controleklep (4).
Hoofdcontrolespoel (2) in de belangrijkste klep wordt gehouden door de lentes in de neutrale of aanvankelijke positie. In de aanvankelijke positie, worden twee de lentekamers (6) en (8) verbonden met tank via controleklep (4). De controleklep wordt voorzien van proefolie via proefkanaal (7). De proefolielevering kan (uiterlijk via haven X in de sandwichplaat) intern of extern worden verstrekt.
Wanneer de controleklep in werking wordt gesteld, b.v. wordt de solenoïde „a“, proefspoel (5) geduwd aan de linkerzijde, en bijgevolg is de lentekamer (8) onder druk gezet aan proefdruk. De lentekamer (6) blijft zonder druk. De proefdrukhandelingen op de linkerkant van hoofdcontrole spoelen (2) en duwen het tegen de lente (3,1). Als resultaat van dit, worden de verbindingen aan de componentenkant en aan de plaatkant geopend volgens de relevante symbolen.
Wanneer de solenoïde de-energized, keert proefspoel (5) naar de aanvankelijke positie terug. Drukkamer (8) wordt verbonden met de tank.
De proefolie is gelopen uit de lentekamer (8) intern via controleklep (4) in kanaal T (y).
Een facultatieve handopheffing (9) laat proefspoel (5) toe om zonder activering van de solenoïde worden bewogen.
 
Gaspedaaltussenvoegsel
Het gebruik van gaspedaaltussenvoegsel (11) wordt vereist, als de proefolielevering in kanaal P van de controleklep moet worden beperkt.
Het gaspedaaltussenvoegsel (11) moet in kanaal P van de controleklep worden geïnstalleerd.

De kleppen van type Z4WH zijn richtingspoelkleppen met hydraulische aandrijving. Zij controleren het begin en het einde van een stroom.
Deze richtingkleppen bestaan fundamenteel uit klephuisvesting (1), de hoofdcontrolespoel (2), één of twee terugkeerlentes (3,1) en (3,2) in het geval van kleppen met de lenteterugkeer of springen het centreren, evenals proefolie subplaat (10) op.
Hoofdcontrolespoel (2) wordt in werking gesteld direct door onder druk zetten.
Hoofdcontrolespoel (2) wordt gehouden door de lentes in de neutrale of aanvankelijke positie. De proefolie wordt uiterlijk geleverd en afgevoerd.

 
Spoelsymbolen
Type Z4WEH (① = componentenkant, ② = plaatkant)
Opdracht gevend code tot Versie „ET“ Versie „T“

1) Openend dwarsdoorsnede in spoel plaats „a“ (A2 → B2) = 50 mm²
2) Openingsdwarsdoorsnede in spoelpositie „B“ (A2 → B2) = 35 mm²
 
Type Z4WEH (① = componentenkant, ② = plaatkant)
Opdracht gevend code tot Versie „Geen code“

1) Openend dwarsdoorsnede in spoel plaats „a“ (A2 → B2) = 50 mm²
2) Openingsdwarsdoorsnede in spoelpositie „B“ (A2 → B2) = 35 mm²
 
Specificatie

 
Technische gegevens
 

Voorzichtigheid: met elektroverbindingen moet de beschermende leider (PE) volgens de betrokken verordeningen worden verbonden.
 
Eenheidsdimensies (afmetingen in mm)
Type Z4WEH10

Type Z4WEH10

1 naambord van volledige klep
2 naambord van controleklep
3 hoofdklep
4 sandwichplaat voor externe proefcontrole (om bij werkende druk worden gebruikt > 210 bar)
5 druk die klep „D3“ verminderen (moet in het geval van proefdruk boven 250 bar worden gebruikt; slechts met versie „Z4WEH“)
6 die ruimte wordt vereist om het koppelen schakelaar te verwijderen
7 schakelende tijdaanpassing (voor de klep van de gaspedaalcontrole); Afhankelijk van het installatiestandpunt, meter-binnen of meter-uit controle (illustratie: meter in controle)
8 r-ring plaat
9 controleklep
     – Type 4WE 6 J. voor symbool E62
     – Type 4WE 6 Y. voor symbool E50, E51, E52, E63, E68
     Afmetingen () voor klep met AC solenoïde
10 afmeting voor klep met handopheffing „N“;
     Afmetingen () voor klep met AC solenoïde
11 solenoïden „a“ en „B“ (kan geroteerde 90° zijn)
12 identieke zegelringen voor havens A, B, P, Ta en TB
13 identieke zegelringen voor havens A, B, P en T
14 proefolie subplaat
De 15 Klepsteun bores
     Klep het opzetten schroeven (afzonderlijke orde)
     4 hexagon schroeven van het contactdooshoofd GLB
     ISO 4762 - M6 - 10,9
16 Klep het opzetten schroeven (afzonderlijke orde)
     4 hexagon schroeven van het contactdooshoofd GLB
     ISO 4762 - M5 - 10,9
 
Slagaanpassing, gehechtheidsopties (afmetingen in mm)

17 Borgmoer 27 A/F
18 Aanpassingsas, hexagon contactdoos 5 A/F
 
De eigenschap van de slagaanpassing beperkt de slag van de belangrijkste spoel. De spoelslag kan worden verminderd door borgmoer (17) en het draaien aanpassingsas (18) met de wijzers van de klok mee los te maken. De controlekamer moet druk zijn minder tijdens dit proces.
Slag 6 mm (1 draai = 1 mm-slag)